Algemeen

1. Op de NSK Teams is het Wedstrijdreglement van de Atletiekunie van toepassing. De NSK Teams zijn een seniorenwedstrijd, dat wil zeggen dat ook voor atleten uit andere leeftijdsklassen de regels, hoogten, gewichten et cetera voor senioren van toepassing zijn.

 

Deelname

2. Deelname aan de NSK Teams vindt plaats in teams. Deze teams dienen te bestaan uit studenten die in dezelfde stad studeren. Onder 'student' wordt hier verstaan iemand die ingeschreven staat bij een Nederlandse universiteit of HBO-instelling, of op 8 september 2018 niet langer dan een jaar geleden uitgeschreven is. Promovendi vallen hier niet onder, tenzij zij uiterlijk 8 september 2017 nog als (master)student stonden ingeschreven. Deelnemers dienen daarnaast op 8 september 2018 minimaal 16 en maximaal 30 jaar oud te zijn. Als bewijs van bovenstaande, zijn teams verplicht om een kopie van collegekaart of diploma van de deelnemende atleten te verstrekken aan de organisatie.

 

Individuele deelname is niet toegestaan.

​

Het is junioren C en jonger niet toegestaan deel te nemen aan de NSK Teams, ook niet in een team buiten mededinging.

 

Het is atleten niet toegestaan om voor meedere teams uit te komen, ook niet als een of meer hiervan buiten mededinging deelnemen.

 

Buiten mededinging

3. Teams waarvan een of meerdere deelnemers niet aan de in artikel 2 genoemde voorwaarden voldoen of waarvan de deelnemers in twee of meer verschillende steden studeren, doen mee buiten mededinging.

 

Inschrijving

4. Inschrijving gaat per deelnemend team en verloopt via atletiek.nu. De mogelijkheid om teams aan te melden opent op 15 juni en sluit op 28 juli. Hierbij hoeven de deelnemende atleten nog niet te worden opgegeven.

 

Kosten

5. De kosten voor het inschrijven van een team bedragen € 70 en dienen uiterlijk op 11 augustus 2018 te zijn overgemaakt naar rekeningnummer NL70INGB0000186940, ten name van AV Phoenix, onder vermelding van 'NSK Teams 2018' en het betreffende team. Voor deelnemers die studeren (of dat hoogstens een jaar geleden nog deden) aan een onderwijsinstelling die niet is aangesloten bij SSN, geldt een vanuit SSN opgelegde toeslag van € 2,50 per atleet. Deze kosten zullen na controle van collegekaart (zie artikel 2) in rekening worden gebracht.

 

Jury

6. Iedere deelnemende stad dient, ongeacht het exacte aantal teams, een jurylid te leveren. Dit jurylid dient gedurende de hele wedstrijd beschikbaar te zijn. Mits zij gezamenlijk voldoen aan deze voorwaarde, is het toegestaan meerdere juryleden te leveren die ieder een deel van de wedstrijd beschikbaar zijn. Aanmelding geschiedt via atletiek.nu én het aanmeldformulier voor vrijwilligers, zoals dat op www.nskteams.nl te vinden is.

 

Deelnemende atleten

7. Uiterlijk 31 augustus 2018 moet de voorlopige opstelling worden doorgegeven via atletiek.nu. Tot 7 september 2018 om 22:00 uur kunnen hierop nog maximaal drie wijzigingen worden gedaan. Deze kunnen worden doorgegeven via nskteams2018@gmail.com. Op de wedstrijddag zelf is het niet toegestaan de opstelling te wijzigen. De wedstrijdleider bezit in geval van blessures de bevoegdheid van dit laatste af te wijken (zie hiervoor ook artikel 13).

 

Bovenstaande geldt zowel voor de individuele onderdelen als voor de estafettes. De volgorde waarin de betreffende atleten de estafette lopen, hoeft niet vooraf te worden opgegeven.

 

Aantal onderdelen per atleet

8. Iedere atleet mag aan maximaal drie onderdelen deelnemen, inclusief de estafettes.

 

Aantal atleten per onderdeel

9. Per onderdeel mag een maximaal aantal atleten per team worden ingeschreven. Dit maximum is als volgt:

– 100m, 300m, 1000m, 3000m, 200m horden: drie atleten

– 2000m steeple chase, discuswerpen, kogelstoten, speerwerpen,

hoogspringen, verspringen: twee atleten

– Olympische estafette, 4x100m: één team

​

Serie-indeling looponderdelen

10. Worden er op een looponderdeel meerdere series gelopen, dan worden deze ingedeeld op basis van de opgegeven verwachte prestatie. Hierbij wordt de langzaamste serie als eerste gelopen en de snelste als laatste.

​

Olympische estafette

11. Voor de Olympische estafette gelden de volgende regels:

a. De te lopen afstanden zijn 800m, 400m, 200m en 200m.

b. De start is als bij de (individuele) 800m, de eerste loper van elk team mag na het uitkomen van de eerste bocht naar de binnenbaan.

c. Het wisselvak is 20 meter lang. Zowel ten aanzien van de volgorde waarin de atleten staan opgesteld als in het (denkbeeldig) doortrekken van de haak in baan 1 naar de overige banen, gelden de regels zoals bij de 4x400m.

d. Voor al het overige gelden de bepalingen zoals deze in het Wedstrijdreglement staan vermeld ten aanzien van de looponderdelen in het algemeen en de estafettes in het bijzonder.

 

Aantal pogingen

12. Voor het hoogspringen gelden de bepalingen zoals in het Wedstrijdreglement. Er wordt geen barrage gesprongen. Bij het verspringen en de werponderdelen heeft iedere atleet vier pogingen.

​

Aanvangs- en vervolghoogten

13. Bij het hoogspringen zijn de volgende aanvangs- en vervolghoogten van toepassing:

Mannen: 1,40 – 1,45 – 1,50 – verder met 0,05 meter

Vrouwen: 1,20 – 1,25 – 1,30 – verder met 0,05 meter

Een lagere aanvangshoogte kan tijdens de ploegleidersvergadering bij de wedstrijdleider worden aangevraagd.

 

Werpmateriaal

14. De organisatie stelt werpmateriaal ter beschikking. Deelname met eigen materiaal is toegestaan, mits goedgekeurd door de wedstrijdleider. Dit dient hiertoe op de in het chronoloog vermelde tijden te worden ingeleverd.

​

Blessures

15. Als een atleet zich op de wedstrijddag voor aanvang van zijn onderdeel blesseert, waardoor deelname is uitgesloten (dit ter beoordeling aan de wedstrijdleider), wordt voor dat betreffende onderdeel en voor de andere onderdelen waarvoor de atleet is ingeschreven een vervanger toegestaan. Deze vervanger dient reeds te zijn ingeschreven als deelnemer voor het betreffende team en mag het maximum van drie onderdelen niet overschrijden. De vervanger neemt de plaats in van de geblesseerde atleet in volgorde, serie-indeling, baanindeling en dergelijke.

 

Raakt een atleet geblesseerd tijdens een onderdeel, dan mag hij/zij op dit onderdeel niet vervangen worden, maar uitsluitend op de overige onderdelen waarvoor hij/zij is ingeschreven.

 

Puntentelling per onderdeel

16. Bij de NSK Teams wordt een puntentoekenning naar plaats toegepast. Als aan een onderdeel (met uitzondering van de estafettes) meer dan één atleet per team meedoet, telt voor de puntentoekenning alleen de atleet met de beste prestatie.

 

Van ieder onderdeel wordt een reeks samengesteld met daarin de beste prestatie per team. De winnaar per onderdeel krijgt zoveel punten als het aan de wedstrijd deelnemende teams, dit ongeacht of alle teams aan dit specifieke onderdeel hebben deelgenomen en exclusief de buiten mededinging deelnemende teams. De nummer twee krijgt één punt minder et cetera. Wordt er namens een team, om welke reden dan ook, geen geldige prestatie geleverd op een onderdeel, dan krijgt dit team voor dit onderdeel geen punten.

​

Indien na toepassing van alle voorschriften uit het Wedstrijdreglement (met uitzondering van barrage bij het hoogspringen) twee of meer teams gelijk eindigen, krijgen zij hetzelfde aantal punten en krijgt het daarna geklasseerde team twee of meer punten minder.

​

Voor het bepalen van de puntentoekenning worden atleten van teams buiten mededinging uit de uitslag geschrapt.

​

Einduitslag

17. Voor de einduitslag worden de punten per onderdeel voor ieder team bij elkaar opgeteld. Winnaar van de NSK Teams is het team met het hoogste aantal punten.

​

Bij een gelijke stand, wint het team met het hoogste aantal eerste plaatsen op de afzonderlijke onderdelen. Is ook dat gelijk, dan wordt gekeken naar het hoogste aantal tweede plaatsen enzovoort.